Jodenvervolging

Deze sectie van de website bevat een overzicht van het lot van de Joodse bevolking van Alkmaar tijdens de bezetting. Op 5 maart 1942 werd de Joodse bevolking van Alkmaar gedeporteerd naar het Jodenkwartier in Amsterdam. Vandaar gingen velen via Westerbork naar Auschwitz en Sobibor, om daar te worden vermoord. Gelukkig zijn verschillende inwoners ondergedoken en hebben zo de oorlog overleefd. Bovendien zijn er verschillende mensen van buiten de stad in Alkmaar ondergedoken geweest. De Alkmaarse Truus Meijer heeft vele Joodse kinderen gered en de Joodse Jaap Hemelrijk, rector van het Murmellius Gymnasium heeft een barre tocht gemaakt via onderduik naar Vught, Sachenhausen, Buchenwald en weer terug naar Nederland. Gebruik de links "lees  verder" voor de volledige verhalen. Gebruik ook de krachtige zoekfunctie, rechts boven in de menubalk.

Voor de informatie die te vinden is op deze pagina is gebruik gemaakt van de websites van, en contacten met de volgende stichtingen:

Joodse bevolking Alkmaar '40-'45

Alkmaar was in 1604 de eerste Hollandse stad waar Joden zich zonder problemen konden vestigen. In 1792 werd de eerste synagoge aan de Laat gewijd. In de Tweede Wereldoorlog werd de Alkmaarse Joodse bevolking gedecimeerd: van de ruim 200 leden van de Alkmaarse Joodse bevolking wordt ruim de helft omgebracht en slechts enkelen keren na deportatie terug naar Alkmaar. Velen overleven de oorlog door onderduik of door te vluchten.

Deze pagina bevat een opsomming van alle Joodse inwoners van Alkmaar tijdens de periode van de tweede wereldoorlog, zoals ook onderduikers van buiten Alkmaar. Via een interactieve kaart en een namenlijst worden de geschiedenissen van de mensen verteld. 

Opdat we niet vergeten.

Anti-Joodse maatregelen

In de eerste weken van de bezetting lieten de nazi's de Joden met rust, maar langzamerhand werden de Joden in Nederland steeds meer als groep van de overige bevolking gescheiden. Eerst werden ze uit het culturele leven verwijderd, daarna vervolgde ontslag van de Joodse werknemers bij de overheid en moesten ze  universiteiten en scholen verlaten.  De Joden moesten hun geld inleveren en hun bedrijven en grond werden in beslag genomen. Op 2 mei 1942 werd het dragen van de Jodenster verplicht gesteld. Niet lang daarna werd begonnen met het deporteren van de Joden in  Nederland: naar Durchganglager Schoorl, SS-Koncentrationslager Vught en Erweitertes Polizeigefängnis Amersfoort naar Durchganglager Westerbork en dan naar de Koncentrationslager en Vernichtungslager in het oosten.

Razzia op het Jonas Daniël Meijerplein

Bron: NIOD

Jodentransporten via Alkmaar

Tijdens de razzia’s in Amsterdam van 22 en 23 februari 1941 werden (voornamelijk) joodse mannen opgepakt die in Kamp Schoorl werden gedetineerd. In drie transporten op 27 februari, 22 mei en 22 juni werden deze in totaal 1.008 personen met de trein naar het concentratiekamp Mauthausen gedeporteerd. Deze transporten vertrokken alle vanaf het station Alkmaar.

Het Murmellius en rector Jaap Hemelrijk 

De Joodse rector Jaap Hemelrijk wordt in 1940 ontslagen van het Murmellius en gaat lesgeven aan het Joods Lyceum in Amsterdam. De verzetsgroep PP voorziet hem van een onderduikadres in Putten, maar wordt daar in 1944 gearresteerd en gaat via Vught naar Sachenhausen en vanuit daar naar Buchenwald. Hij wordt daar bevrijd en gaat te voet weer naar Nederland. Hij schrijft zijn memoires in drie boekjes.

TIP

Gebruik de krachtige zoekfunctie van de site - zie rechts boven in de menubalk