Oorlogsmonumenten in en rond Alkmaar
onder constructie
In de laatste oorlogsmaanden vonden veel represailles plaats, waarbij zelfs gearresteerde, maar nog niet eens berechte, verzetsmensen als “Todeskandidaten” werden vastgehouden om te worden gefusilleerd bij vergeldingsacties. De Duitsers hadden daar zelfs een zeker systeem in aangebracht. Voor een gedode Nederlandse verrader werden vijf en voor een gedode Duitser tien verzetsmensen gefusilleerd. Ook sabotagedaden werden met fusillades beantwoord. Dit is een overzicht van de mensen, ook Alkmaarders, die op verschillende plekken rondom Alkmaar in 1945 gefusilleerd zijn.
Bron: 4en5mei.nl ; tracesofwar
7 januari 1945 en 6 April 1945
In Castricum staat een monument ter herdenking van
1) De executie van 10 gijzelaars als vergelding voor een aanslag op een Duitse militair van het Marine Lazarett Heiloo. Zij werden op de weg Uitgeest - Limmen gefusilleerd.
Melle Jacob Bultena, 21 jaar, Uithuizen
Jacobus Lambertus Hordijk, 24 jaar, Utrecht
Rijk Henderik Dirk Maria Kroon, 35 jaar, Soest
Johan Coenraad Heriold Folmer van Hanxleden Houwert, 38 jaar, Amsterdam
Dirk de Geus, 38 jaar, Amsterdam
Ary Prins, 24 jaar, Dordrecht
Herbert Prins, 22 jaar, Dordrecht
Arend Cornelis Hijner, 22 jaar, Haarlem
Ernst Erik Woutman, 21 jaar, Amsterdam
Otto Paul Vrolijk, 26 jaar, Aamsterdam
2) De executie van 10 gijzelaars als vergelding voor een aanslag op een Duitse militair op een boerderij vlak bij het monument.
Johannes Pieter Coté, 37 jaar, Velsen
Wilhelmus Hendricus Pommerel, 51 jaar, Hoorn
Michiel van Marle, 29 jaar, Zaandam
Pieter Gerardus Koning, 22 jaar, Stompetoren
Johannes Michael Smoorenburg, 23 jaar, Amsterdam
Adrianus Johannes de Rooij, 21 jaar, Badhoevedorp
Hendrik Heerschop, 18 jaar, Hilversum
Nicolaas Godijn, 44 jaar, Hilversum
4 februari 1945
Jan Jaap Wagenaar, ondergedoken na de Slag bij Rustenburg wordt tijdens onderduik in Heiloo verraden. Op z’n vlucht voor Landwachters uit Heiloo wordt hij aangeschoten en, na opname in het Marine Lazarett Heiloo, overgebracht naar het Huis van bewaring in Amsterdam. Als represailles voor het verwonden van een Duitse soldaat, is hij met vier andere verzetsstrijders in Naarden gefusilleerd:
G. Degens, Hilversum
J.H. van Gangelen, Hilversum
A. van Groen, Diemen,
A.J. Walda, Hilversum
8 maart 1945
De op 19 februari gearresteerde Alkmaarder Jan Ferdinand Ris, wordt als represaille voor de aanslag op de Höhere SS- und Polizeiführer in Nederland Rauter, met 52 andere mannen, bij de Amsteldijk in Amsterdam gefusilleerd. Deze 53 gefusilleerden waren onderdeel van de in totaal 263 Nederlanders die op verschillende plekken in het land voor het vuurpeloton zijn gezet als vergelding.
10 maart 1945
Als represaille voor de liquidatie van Ehlhardt, NSB’er en chef van de waterpolitie in Zaandam, worden vijf op 18 februari gearresteerde Alkmaarders doodgeschoten in Zaandam:
12 maart 1945
De op 4 maart 1945 gearresteerde Alkmaarder Frans ten Pas wordt, met 29 andere verzetsmensen, in Amsterdam, 1ste Weteringplantsoen, doodgeschoten. Dit als represaille voor de moord op SS Hauptscharführer Ernst Wehner bij het Einsatzkommando Amsterdam.
Op 10 maart 1945 viel de Sicherheitsdienst een pand aan de Amsterdamse Stadhouderskade binnen. Hier bevond zich de centrale post van de Groep 2000, een illegale verzetsgroep opgericht door mej. J.J. van Tongeren. Alle leden van de groep hadden een codenummer dat was vastgelegd in een register. De 'sleutel' voor het register was in de tuin van het pand begraven. Om te voorkomen dat de bezetter de 'sleutel' zou vinden, drongen enkele verzetsleden op 11 maart 1945 het pand binnen. Daarbij ontstond een vuurgevecht, waarbij de SS Hauptscharführer Ernst Wehner (Kriminal Oberassistent van het Einsatzkommando Amsterdam) dodelijk werd getroffen.
Als vergelding werden de volgende dag 30 gevangenen uit het Huis van Bewaring overgebracht naar het Eerste Weteringplantsoen, tegenover het pand. Voor de ogen van honderden Amsterdammers die van de bezetter moesten toekijken, werden de gevangenen met drie salvo’s geëxecuteerd. De aan de Stadhouderskade wonende predikant dr. J. Koopman werd, kijkend vanuit zijn huis, eveneens dodelijk getroffen. De stoffelijke overschotten bleven nog lange tijd als waarschuwing liggen, voordat ze op een open vrachtwagen werden afgevoerd.
11 april 1945
Op 10 april plaatsen vier mannen enkele landmijnen onder een brug bij Zijpersluis. Het is de bedoeling om een Duitse kolonne en de brug op te blazen, maar de aanslag mislukt. Alleen de tweede auto komt half in het kanaal terecht, voor de rest heeft de actie weinig effect. Ondanks dat niemand echt gewond is, besluit de Alkmaarse Ortskommandant Schausz om tien personen bij de Zijpersluis te laten fusilleren.
De Sicherheitsdienst selecteert willekeurige mannen. Dirk Bons en zijn zoon Antonie Bons van de knokploeg Linie-West uit Amsterdam zijn twee van hen, samen met hun vier vrienden en Robbert Cijfer, een andere verzetsstrijder. Op de vroege ochtend van 11 april worden ze uit hun cel gehaald in Amsterdam en aan elkaar vastgebonden op een open vrachtwagen gezet. Onderweg naar Zijpersluis halen ze bij de gevangenis in Alkmaar nog drie verzetslieden op: Bernardus Hollander, Arie Prins en Gerrit Hoogstraten.
Onthulling van "De opgeheven hand" in 1947.
15 april 1945
Op 15 april 1945 wordt een spoorbrug opgeblazen om de aanvoer van Duitse versterkingen naar Texel (opstand van de Georgiërs) te verhinderen. Dit was een actie in opdracht van de Gewestelijk Sabotage Afdeling van de BS, maar was tegen de wil van lokale verzetsmensen.
Als represaille worden 18 gevangenen uit de Weteringschans gevangenis in Amsterdam en twee uit Alkmaar gehaald en in Sint Pancras gefusilleerd:
1. C.R.L.P. Amsingh
2. H. van Asten
3. L.A. Berben
4. H.J. Habraken
5. J. Joosten
6. L.J. Keimpema
7. J.A.A. van Meeteren
8. A.F.J. Meierdrees
9. T.P. Nieland
10. K. Ooms
11. J.H. Overdiek
12. J. Pardoen
13. J.C. Pompe
14. J. Prins
15. G. Steen
16. R. Stroethoff
17. C. Tijmes
18. J.H. Wille
19. J.L. Steets
20. H. Wipper