Verdediging van Alkmaar

Voor de Duitse bezetter was Alkmaar een belangrijk verkeersknooppunt. Er waren:

  • de spoorlijn Amsterdam – Den Helder

  • een rangeeremplacement bij het station Alkmaar

  • het Noordhollands Kanaal, waterweg tussen Amsterdam en Den Helder, met zijn industriële faciliteiten,

  • de weg Amsterdam/Zaanstreek – Den Helder.

Voor de Duitsers waren dit belangrijke argumenten om rond Alkmaar een gedegen verdediging aan te leggen. Dit werd gerealiseerd door het inrichten van 16 infanterie steunpunten (Widerstandsnest = W.N.) en het plaatsen van 17 bewaakte versperringen/doorgangen (Sperre).

Een W.N. is de kleinste zelfstandig te opereren infanteriesteunpunt. In oplopende grote was de organisatie als volgt:

  • Wiederstandsnest

  • Stützpunkt, bestaande uit meerdere Wiederstandsnesten

  • Stützpunktgruppe, bestaande uit meerdere Stützpunkte en Wiederstandsnesten

  • Verteidigungsbereich

In Alkmaar waren alle W.N.'-en licht bewapend, veelal met mitrailleurs, soms mortieren en/of antitankgeschut. Meestal waren ze rondom voorzien van een prikkeldraadversperring en vaak waren er loopgraven. De bezetting van een W.N. bestaat grofweg uit 5 tot 25 personen. Het aantal was ook afhankelijk of er alleen manschappen nodig waren voor de bemanning van de W.N. of dat er ook sprake was van een Sperre. Als dat laatste het geval was, dan was er ook een Sperrwaffencommando. Dit commando had de bediening van de Sperre als hoofdtaak, maar maakte daarnaast ook deel uit van de bemanning van het W.N..

De rondom verdediging van Alkmaar bestond uit 16 W.N.'-en. Een W.N. bevond zich veelal bij één van de toegangswegen van de stad. Uitzondering hierop was het Zuidoosten van Alkmaar. Door het ontbreken van een tankgracht of natuurlijke waterlopen, was daar in het open polderlandschap een zwakke verdediging. Dit probleem werd opgelost door het inrichten van een aantal W.N.'-en. In en rond Alkmaar waren 19 versperringen gebouwd, Sperre 61 t/m 79. Aan de randen van de stad waren er 15 Sperren en rond de binnenstad 4. Deze 4 waren allen Rollkörpersperren die de binnenstad hermetisch konden afsluiten, waarmee het als citadel zou dienen en er weerstand kon worden geboden als de rest van de stad mocht vallen. De Sperren buiten de Stad waren veelal betonnen muren en prikkeldraad-constructies.

Aan de Westkant van Alkmaar, vanaf het Noordhollands Kanaal tot aan de grens met Heiloo, was een tankgracht, die deels was gegraven en deels bestond uit natuurlijke waterlopen. Dit was de zwaarst verdedigde kant van Alkmaar, omdat dit als meest waarschijnlijke aanvalsrichting werd gezien door troepen die aan de kust zouden kunnen landen. Hier bevonden zich dan ook de grootste en zwaarst bewapende Wiederstandnesten, W.N. 1 t/m W.N. 6.

Affiche met het bevel om de verdedigingswerken rondom Alkmaar niet te betreden.

Bron: Collectie Regionaal Archief Alkmaar / Onbekend / PR1003330

De kaart onder geeft een overzicht van de W.N.-en, aangegeven door de rode vlakken, terwijl de Sperren zijn aangeduid in het blauw. Klik op een W.N. en lees verder.

Voor de kaart is een uitsnede gebruikt van de kaart U.S. Army, Holland 1:25,000, Alkmaar, sheet 338 uit 1943. Geheel onderaan deze pagina is ook een uitsnede van een Duitse kaart te vinden, waarop vele verdedigingspunten in en rond Alkmaar zijn ingetekend. De oorsprong van deze kaart is niet precies bekend.

W.N. 1 en Sperre 61

De Helderseweg vormde samen met het Noordhollands Kanaal een zwaartepunt in de verdediging van dit Wiederstands-Nest. De onderkomens in het WN bestonden uit twee houten barakken, maar er waren ook manschappen in de NACO-garage (Connexxiongarage) ondergebracht. Twee bakstenen gebouwen dienden voor de opslag van munitie, voorraden en als onderkomen voor de wacht. Aan de noordkant bevonden zich drie ingegraven betonnen putten (Deckungsloch). De bewapening bestond uit twee Panzerbüchse (tankgeweer), een stuk anti-tankgeschut en twee mitrailleurs. Het infanteriesteunpunt werd bezet door een onderofficier en 12 manschappen van de Schlachterei Kompanie.

Vanuit WN1 werd Sperre 61 bediend. Deze versperring, ter hoogte van de NACO-garage, bestond uit twee dwars op de weg geplaatste stukken muur. Aan één kant grensde het aan het Noordhollands Kanaal, aan de andere kant op een tankgracht. De doorgang kon worden afgesloten met prikkeldraad en stalen balken.

De foto is van een Canadeese vrachtwagen die in 1945 door de Sperre rijdt vanuit de richting Alkmaar langs het kanaal naar het noorden. Het is een fragment uit een film, vandaar de slechte kwaliteit. Voor de gehele film, zie beneden.

Vanuit W.N. 1 liep er een tankgracht door de weilanden naar W.N. 2. Ondanks dat er de mogelijkheid was om bestaande sloten te gebruiken, is dit alleen gedaan voor het laaste stukje tot aan W.N. 2. Voor het eerste gedeelte vanuit W.N. 1 werd er een nieuwe tankgracht gegraven dwars door de velden.



Luchtfoto uit 1945 met WN1 en WN16 duidelijk zichtbaar. De tankgrachten zijn geel ingekleurd en de Sperren blauw.

Bron: Nationaal Archief, Den Haag, 2e Geniecommandement Bureau Registratie Verdedigingswerken (Bunkerarchief)

W.N. 2 en Sperre 62 en 63

In het meest westelijke W.N. 2 van Alkmaar, op het nooit afgebouwde kazerne terrein aan de hoek Bergerweg en Oude Hoeverweg, kwamen de wegen vanuit Bergen en Egmond samen. Dit was het zwaartepunt van de verdediging van Alkmaar vanwege de verwachte route die de geallieerden troepen zouden nemen na een eventuele landing op het strand.

Aan de zuidzijde van de W.N. vormde het water van de Ruysdaelkade een tankgracht. Tussen de Ruysdaelkade en het Steenslootpad was een betonnen muur gebouwd waar Sperre 63 zich bevond. Over deze Sperre is alleen bekend dat het de brug kon afsluiten ter hoogte van de Ruysdaelkade/Oude Hoeverweg. De Sperre lag aan de rand van de stad aan de weg richting Egmond.

Voor de weg naar Egmond waren een ingegraven mitrailleurstelling, een munitieopslag en een woonverblijf. Verder (waar nu het Steenslootpad is) waren er nog twee mitrailleurstellingen en een bakstenen woonverblijf. Er waren zes houten barakken; aan de westkant een dubbele rij prikkeldraad en zes sloten als hindernis voor infanterie. Er waren drie stukken 2 cm luchtdoelgeschut (Flak), waarmee zowel lucht- als gronddoelen konden worden beschoten. Naar het Westen waren nog twee mitrailleurstellingen te vinden.

Aan de Noordkant van deze W.N., aan de Bergerweg, was ook een betonnen muur gebouwd, waarin Sperre 62 zich bevond. Deze aansloot aan op de tankgracht richting W.N. 1. Over deze Sperre is alleen bekend dat het, aan de rand van de stad, de Bergerweg afsloot. Deze muur werd verdedigd met mitrailleurs en anti-tankgeschut.

Naar het Noorden, parallel aan een tankgracht, was een mitrailleurstelling. Deze was gericht op de open polder richting het Noordhollands Kanaal.

Aan de Feindseite bevonden zich de tankgracht in combinatie met andere sloten en vaarten, versterkt door prikkeldraadversperringen. Aan de Oostkant, de stadskant, waren enkel prikkeldraadversperringen, die via de Johan Wagenaarkade, Beethovensingel, Oude Hoeverweg en Paulus Potterstraat naar de Ruysdaelkade ging en daar aansloot op de tankgracht.

De bemanning van W.N. 2 bestond uit vijf onderofficieren en 25 manschappen van de Schlachterei Kompanie.

Bron: Nationaal Archief, Den Haag, 2e Geniecommandement Bureau Registratie Verdedigingswerken (Bunkerarchief)

W.N. 3

Vanuit W.N. 2 werd de Steesloot gebruikt als tankgracht tot aan het spoor. Het spoort en de naastliggende sloten richting het zuiden vormde het Verteidigungslinie dat door W.N. 3 liep. Deze W.N. 3 diende ter verdediging van de Geestmolenpolder. Het lag volgens kaarten aan beide zijden van het spoor ter hoogte van wat nu de Willem Hedastraat is (het doodlopende stuk). De bezetting bestond uit één onderofficier en vijf manschappen. Er is verder niets van dit W.N. bekend.

W.N. 4 en Sperre 64

Vanuit W.N. 3 liep de verdediging langs het spoor naar het zuiden naar W.N. 4. Deze W.N. was bij de spoorwegovergang aan de Kalkovensweg. Dit was de verbindingsweg tussen de Westerweg en Egmond. Aan de Westkant van de spoorlijn was een betonnen muur. Aan de Oostkant van de spoorlijn twee mitrailleurstellingen, een kleine loopgraaf en een zestal schuttersputten. De bezetting bestond uit drie onderofficieren en 15 manschappen van de Veterinär Kompanie. Zij waren ingekwartierd in een aantal woonhuizen aan de Regulierslaan. De exacte locatie van Sperre 64 is niet duidelijk, mogelijk bij de spoorwegovergang aan de Kalkovensweg of een paar honderd meter zuidelijker aan de Westerweg waar nu de Heilooër Tolweg is.

W.N. 5 en Sperre 79

De Westerweg en de Kennemerstraatweg waren de toegangswegen van Alkmaar vanuit het Zuiden. Aan de Westerweg, iets ten zuiden van de knik tussen de Heilooër Tolweg en de Rector Frederiklaan, was W.N. 5. Over de bewapening en bouwwerken van deze W.N. is niets bekend. Op de Westerweg bevond zich Sperre 79. De stelling werd bemand door twee onderofficieren en tien manschappen van de Veterinär Kompanie, die onderkomens hadden in de Regulierslaan.

Vanuit W.N. 5 liep de verdediging verder langs de Westerweg. Haaks naar het oosten was een tankgracht aangelegd die in W.N. 6 uit kwam.

W.N. 6 en Sperre 65

Bron: Nationaal Archief, Den Haag, 2e Geniecommandement Bureau Registratie Verdedigingswerken (Bunkerarchief)

Aan de Kennemerstraatweg, de belangrijke toegang van Alkmaar vanuit het Zuiden, was een groot W.N. opgericht. Het lag tussen de Zandersweg en de Kennemerstraatweg.

De bewapening van W.N. 6 bestond uit zeven mitrailleurs, drie stukken anti-tankgeschut en twee mortieren. Twee stukken anti-tankgeschut stonden in de directe nabijheid en bestreken de Zuidelijke toegang via de Kennemerstraatweg. Vier mitrailleurs stonden aan de Oostkant van de Kennemerstraatweg en bestreken de open polder en de tankgracht richting het Zuidoosten. Twee van de stellingen waren voorzien van een bakstenen onderkomen en een kleine loopgraaf richting de mitrailleuropstelling.

Twee mitrailleurs en twee mortieren waren opgesteld ten Noorden van de Van Foreestlaan. Er waren bakstenen woonbarakken, munitie- en proviandbunkers. Ook was er een Entgiftungsbarakke, bedoeld voor het ontsmetten na een gasaanval, maar in de praktijk werd gebruikt als douchebarak.

De bemanning kwam van de Veterinär Kompanie en bestond uit een officier, zes onderofficieren en 27 manschappen.

Ongeveer ter hoogte van de Kennemerstraatweg 172 was een Rollkörpersperre, Sperre 65 gebouwd. Deze Sperre bestaat uit een tankmuur waar de doorgang kon worden geblokkeerd door twee ronde lichamen die op de weg konden worden gerold. De twee ronde blokken waren samen in een nis ondergebracht onder een flauwe helling, van waaruit ze direct voor de ingang rolden. Met een lierinstallatie moesten ze weer in de nis terug worden gerold. De tankmuur van de Sperre had aan de westkant een nis voor een machinegeweer, duidelijk te zien op de foto's onder. Aan beide zijden ging de tankmuur over in drakentand versperringen (Höckersperre), die zelf weer overgingen in tankgrachten. De tankgracht aan de westkant liep dwars door De Blinkenlaan tot aan de Zanderweg, waar de gracht noordwaarts ging. Halverwege richting de Regulierslaan ging de tankgracht westwaarts richting de Westerweg. Aan de oostkant sloot de versperring aan op tussen de huizen door geplaatste drakentanden, die op hun beurt aansloten op een tankgracht in de Kooimeer. De fundamenten, zonder de tanden, van deze Höckersperre liggen nog in de tuinen van de betreffende woningen.

De tankgracht door het Kooimeer vanuit W.N. 6 tot W.N. 7 liep door de weilanden naar de vaart en volgde deze vaart richting W.N. 7. Dit is duidelijk te herkennen op luchtfoto's van februari 1945.

Luchtfoto uit 1945, met daarin ingetekend de tankgracht in geel en de Sperren in blauw.

Sloop van de Sperre 65 door de Canadese troepen.

Bon: Regionaal Archief Alkmaar

Sperre 65 gefotografeerd vanuit het de kant van Alkmaar. Het is goed te zen dat de tankmuur overgaat in de Höckerhindernisse en dan in de tankgracht. Ook de geschutsbedding rechts is goed te zien.

Bron foto: Regionaal Archief Alkmaar

Sperre 65 gefotografeerd vanuit het de kant van Heiloo. Het mitrailleur nest in de tankmuur links is goed te zien, als ook de Höckerhindernisse aan beide zijden.

Bron foto: Regionaal Archief Alkmaar

Tekening door Bureau Registratie van Verdedigingswerken van de drakentandenversperring van Sperre 65. Rechtsboven in de tekening de situatieschets van de drakentanden aan beide zijden van de Kennermerstraatweg. De drakentandenversperring had drie rijen tanden in de diepte.

Bron: Nationaal Archief, Den Haag, 2e Geniecommandement Bureau Registratie Verdedigingswerken (Bunkerarchief)

Tekening van een Rollkörpersperre

Bron: Nationaal Archief, Den Haag, 2e Geniecommandement Bureau Registratie Verdedigingswerken (Bunkerarchief)

W.N. 7 en Sperre 66

Deze kleine W.N. aan de Zuidwestkant van Alkmaar lag op de hoek Heilooërdijk en de Van Houtenkade. Ter hoogte van de Van Houtenkade liep van noord naar zuid een brede sloot die diende als natuurlijke hindernis. Op de kruising stond een betonnen muur, Sperre 66. Er waren een vijftal houten schuilplaatsen, prikkeldraadversperring en twee loopgraven. De bemanning, van de Bakkerij Compagnie, bestond uit een onderofficier en zes manschappen. Over de bewapening is niets bekend.

W.N. 8

Vanuit W.N. 7 werd de Bleekerssloot gebruikt als natuurlijke barrière tot aan W.N. 8. Dit was een klein infanteriesteunpunt aan de Leeuwerikkade (nu Cort van der Lindenkade) met als doel de verdediging van de Overdiepolder richting het oosten. In het noorden van dit W.N. lag een voormalig Nederlandse barakkenkamp, gebouwd in de mobilisatie periode van 1939/1940. Na de oorlog bekend als interneringskamp “Rochdale”, zie ook Gevorderde Gebouwen.

Tijdens de oorlog zijn deze barakken ook door de Duitsers gebruikt, ook de bemanning van deze W.N. had hier verblijf. Behalve dat de bemanning bestond uit een onderofficier en vier manschappen, is verder niets bekend van deze W.N..

W.N. 9

W.N. 9 was een klein infanteriesteunpunt, bemand door zeven personen, gelegen aan beide zijden van de Kortenaerkade, over de hele lengte. De straten van deze wijk waren al aangelegd, maar de huizen waren nog niet gebouwd, duidelijk te zien op de luchtfoto rechts. In dit W.N. waren alle werken met elkaar verbonden door loopgraven, die duidelijk te herkennen zijn op luchtfoto's van februari 1945. Het doel was de verdediging van de Overdiepolder richting het zuiden.

W.N. 9 herkenbaar op luchtfoto's met lichtgroen de prikkeldraadversperring en lichtblauw de loopgraven, 1945.

W.N. 10

W.N. 10 was gelegen aan de westelijke oever van het Noord-Hollands Kanaal, waar zich nu het KPN gebouw bevindt. Dit W.N. had als functie de verdediging van de aan de overkant gelegen Westdijk (N244), die aansluit op de provinciale weg naar Heerhugowaard.

Het is een kleine stelling bewapend met een mitrailleur en bemand door een onderofficier en zes manschappen. Er is niets bekend over onderkomens, maar er stonden huizen in het noordelijke gedeelte van deze W.N..

W.N. 11 en Sperre 67

W.N. 11 met Sperre 67 waren gelegen aan de Schermerweg op de hoek van het Noord-Hollands Kanaal en het Kanaal Omval-Kolhorn (terrein van Jachtwerf Witse). Sperre 67 was een betonnen muur die de hele weg afsloot. Fietsers en voetgangers konden door middel van een houten voetgangersbrug over de muur komen.

Op het erf van een nabijgelegen boerderij waren drie bunkers gebouwd. 1 van deze bunkers was een telefoonbunker met muren van 1 meter dik, waarschijnlijk een Kabelschaltstelle. Deze was geheel als huis gecamoufleerd met geschilderde ramen en een dak met geschilderde dakpannen. De andere 2 waren woonbunkers, beide van hetzelfde type. De bezetting bestond uit zeven personen afkomstig uit een Feld Ersatz Bataillon.

De 3 bouwwerken werden na de oorlog door de boer gebruikt als respectievelijk kippenschuur, paardenschuur en varkensschuur. De "paardenbunker" heeft later ook dienst gedaan als jeugdhonk. In 1981 is het gehele terrein geruimd voor de uitbreiding van de werf N. Witsen & Vis.

Bunkertjes bij de Omval: nr.1 was de telefoonbunker, nr. 2 en 3 de woonbunkers.

Bron: Regionaal Archief Alkmaar

Tekening van de woonbunker, zoals die 2 maal gebouwd is in dit WN.

Bon: ationaal Archief, Den Haag, 2e Geniecommandement Bureau Registratie Verdedigingswerken (Bunkerarchief)

De woonbunker links en de telefoonbunker Kabelschaltstelle rechts vlak voor de sloop

Bon: Regionaal Archief Alkmaar

De telefoonbunker Kabelschaltstelle.

Bon: Regionaal Archief Alkmaar

WN 12

Het meest Oostelijk gelegen WN steunpunt, dat diende ter verdediging van de brug over het kanaal Omval-Kolhorn, in de Nieuwe Schermerweg. Van dit steunpunt is, behalve dat het was voorzien van een mitrailleur, niets bekend over onderkomens en bewapening.

De bemanning bestond uit een onderofficier en 19 manschappen van de Schnelle Abteilung 504.

W.N. 13

W.N. 13 was gelegen op de hoek van het Oudorperdijkje bij de aansluiting op de Nieuwe Schermerweg. Het was een klein W.N. dat bestond uit drie bakstenen onderkomens. Eén daarvan diende als woonschuilplaats, één als munitieopslag en de derde mogelijk als opslag van proviand. De bewapening bestond uit een mitrailleur. De bezetting bestond uit zeven manschappen van een Feld Ersatz Bataillon.

Bon: Regionaal Archief Alkmaar

W.N. 14 en Sperre 72

W.N. 14 was gelegen halverwege de Munnikenweg, waar aan beide kanten van de weg drakentanden waren, die onderdeel waren van Sperre 72.

Er waren veldstellingen voor 15 cm sFH-13 /1 auf GW Loirainne Schlepper (f). Stukken artillerie, geplaatst op gepantserde rupsonderstellen van buitgemaakte Franse tanks, die bediend werden door het Artillerie Regiment 347. Als bescherming tegen aanvallende infanterie was het hele gebied omgeven met prikkeldraad. Er waren een viertal onderkomens voor munitie en personeel.

Een deel van de stelling werd bemand door troepen van de Ersatz und Ausbildungs Regiment Hermann Göring. Voor hun verblijf hadden zij voor 40 man aan de Munnikenweg acht woningen gevorderd.

De verder gelegen Obs de Nieuwburg was waarschijnlijk eerder door hen gevorderd voor de inkwartiering.

Höckerhindernisse zoals ze vandaag de dag not te vinden zijn aan de zuidkant van de Munnikenweg.

Höckerhindernisse in de Oudorperpolder in de jaren '70

Bron: Regionaal Archief Alkmaar
Bron: Nationaal Archief, Den Haag, 2e Geniecommandement Bureau Registratie Verdedigingswerken (Bunkerarchief)

15 cm sFH-13 /1 auf GW Loirainne Schlepper (f)

W.N. 15 en Sperre 73, 74, 75 en 76

Dit Wiederstandsnest was een moeilijk gebied om te verdedigen. Hier kwamen verschillende wegen samen, samen met een afspliting van de vaart en er liep een spoorweg doorheen. Om die reden waren maar liefst vier Sperren 73 t/m 76 onderdeel van dit W.N..

Sperre 73 werd gevormd door een betonmuur aan de Frieseweg vlak voor de brug over de Hoornsevaart.

Sperre 74 was een betonmuur aan de Zeswielen, als afsluiting van de weg naar Hoorn en Heerhugowaard.

Sperre 75 stond aan de Rekerdijk direct ten westen van de spoorlijn. Omdat het om een smalle dijk gaat, zijn er mogelijk alleen twee stukken muur gebouwd.

Sperre 76 diende als afsluiting van de spoorlijn, waarmee werd voorkomen dat de vijand met een trein vanuit het Noorden de stad kon inrijden. Er heeft mogelijk een Walzkörpersperre gestaan, betonblokken met ronde onderkant, die met lieren op de spoorrails gekanteld konden worden. Deze Sperre was de enige Eisenbahnsperre in de buurt van Alkmaar.

De verdediging van dit W.N. werd gevormd door 2 cm Flak, als ondersteuning tegen gronddoelen. Mogelijk was er ook een anti-tankkanon geplaatst. Het gebied tussen Sperren 73 en 74, was van prikkeldraad voorzien. Een nis voor 2 cm Flakmunitie is nog steeds te zien in een voortuin aan de Molenkade.

Nis voor 2 cm Flakmunitie zoals die nu nog aanwezig is.

W.N.16, Sperre 77 en 78

W.N. 16 lag tegenover W.N. 1 aan de oostkant van het Noord-Hollands Kanaal. Dit W.N. bevatte een stuk anti-tankgeschut en een mitrailleur. Had anti-tank geschut had twee beddingen met kleine nissen voor munitieopslag. De W.N. was aan de noord- en oostkant omgeven door een tankgracht, die aansloot op de Rekerdijk. Verder waren er loopgraven, prikkeldraadversperringen en een klein betonnen onderkomen voor de bemanning.

Tussen het Noord-Hollands Kanaal en de Kanaaldijk lag een munitiebunker en een loopgraaf. Verder lag aan de weg een mitrailleur met het schootsveld in het verlengde van de Rekerdijk.

Sperre 77 werd gevormd door drie prikkeldraad versperringen over de Rekerdijk. Er waren een tweetal woonverblijven, een mitrailleurstelling en een munitienis.

Sperre 78 bestond uit twee losse stukken tankmuur.

Daar stonden twee stukken 15 cm sHF auf GW Loirainne (f), die de Helderseweg, het Noord-Hollands Kanaal en de Kanaaldijk bestreken.

15 cm sFH-13 /1 auf GW Loirainne Schlepper (f)

Bron: Nationaal Archief, Den Haag, 2e Geniecommandement Bureau Registratie Verdedigingswerken (Bunkerarchief)

Sperren van de binnenstad

De binnenstad van Alkmaar kon worden afgesloten doordat er op de belangrijkste toegangsbruggen aan de Singel Sperren waren gebouwd. Dit waren allen Rollkörpersperren, te weten:

  • Sperre 68 op de Emmabrug

  • Sperre 69 op de Heilooërbrug

  • Sperre 70 op de Bergerbrug

  • Sperre 71 bij de Texelse barrière

Rollkörpersperre 68 op de Emmabrug, kijkend richting de stad.

Bron beide fotos: Regionaal Archief Alkmaar
Bron beide fotos: Regionaal Archief Alkmaar

Rollkörpersperre 69 aan de Heilooërbrug, gezien vanuit de stad. Het nummer 69 van de Sperre is duidelijk te zien. Op de voorgrond verplaatsbare prikkeldraadversperringen. Onder en links een inzet in de huidige situatie.



Bron: Steven Extra

Rollkörpersperre 70 op Zevenhuizen aan de Bergerbrug voor het afsluiten van de westelijke toegang tot de stad, gezien vanuit de stad.

Bron: Regionaal Archief Alkmaar

Rollkörpersperre 71 in aanbouw in 1943 aan de Kanaalkade bij de Texelse barrière. De twee Rollkörper zijn te zien liggend op hun kant. Deze Rollkörpersperre werd gebruikt in combinatie met Tschechenengel. Dit zijn aan elkaar gelaste stalen balken, die als elementen op straat geplaatst als anti-tank hindernis dienden. Ze konden onderling met staalkabels worden verbonden.

Bron: Regionaal Archief Alkmaar