Zender van de BS Gewest XI

De zender van Gewest XI van de Binnenlandse Strijdkrachten, die is begonnen in de Spoorstraat en later naar het Sint Elisabethziekenhuis is gegaan, gaat naar de Zaanstreek. Gewest XI bestrijkt heel Noord-Holland vanaf het Noordzeekanaal naar het noorden.

In het huis van W. Vlotman aan de Stationsweg 58 in Alkmaar was een 40 Watt radiozender ondergebracht die het contact onderhield tussen het Gewest XI en de Geallieerden; de zender bestreek het hele land.


Gewest XI Noord-Holland-Noord bevatte de districten:

I Den Helder

II Alkmaar

III Hoorn

IV Waterland

V Beverwijk

VI Zaanstreek

VII Bataljon IV

Op 5 september 1944 komt van het hoofdkwartier van de Ordedienst het bevel de zender permanent te bemannen. Jacob (Jack) Verhagen meldt zich ziek, met medeweten van de controlerend geneesheer, bij zijn werkgever (PTT) en is vanaf dan full-time actief als illegaal werker.

Vanaf 8 november 1944 bestaat de radioploeg uit volgende personen:

  • Verhagen, chef-marconist

  • Zandbergen, marconist / technicus

  • Faber, code-officier

  • Koole, marconist / administrateur

Omdat inmiddels te veel mensen op de hoogte waren van het bestaan en de verblijfplaats van de zender in de Spoorstraat , en toen op 11 oktober 1944 de verzetsman Frans van der Zeijden tijdens de slag bij Rustenburg werd gearresteerd die ook van het bestaan van deze zender afwist, was het niet langer veilig hem op zijn plaats te houden. Na veel gezoek naar een nieuwe plaats voor de zender wordt er uiteindelijk een plek gevonden in het Sint Elisabethziekenhuis in Alkmaar.

De marconisten betrekken daar kamer 209 (een badcel) op de zustergang. Een tot die tijd heilige en zeker voor leken verboden zone.

De beide mannen gingen natuurlijk wel eens “luchten” en als ze werden aangesproken zeiden zij dat ze het orgel in de kapel kwamen stemmen. Toen zenders elders in het land waren uitgevallen verwerkte de Alkmaarse zender tot 500 telegrammen per dag. In april 1945 alleen al werden 8.600 berichten uitgezonden en 6.500 ontvangen. De laatste weken van de oorlog werd het ook in Alkmaar te gevaarlijk en werd de zender, die van alle illegale zenders het langst in de lucht was geweest, op 12 februari 1945 verplaatst naar de Zaanstreek. Toen op 5 mei 1945 de bevrijding aanbrak was de zender nog steeds in de lucht.

Hieronder enkele bladzijden uit het blad Electron dat de zender van Gewest XI bespreekt.

Artikel.pdf

Volledige versie van het dagboek van Jacob Verhagen

Jacob Verhagen houdt een dagboek bij. Zie hieronder voor enige fragmenten.


Donderdag, 28 December 1944

Zes uur opgestaan, direct in het warme bad gestapt. Kamer opgeruimd, omroep beluisterd en op 100 M. uitgeluisterd. Blij, dat het Duitsche offensief in België en Luxemburg eindelijk tot staan komt. Manna (zuster Bertranda) brengt het ontbijt en twee pakjes brood voor onderweg, want Piet en ik gaan vandaag naar boer Blaauboer in Kolhorn, misschien heeft hij tarwe voor ons. Piet om kwart voor 10 van huis gehaald, nemen een fles mee, misschien is er olie te koop. De wegen zijn erg glad, veel valpartijen onderweg, wij scheren en glijden gelukkig overal langs zonder vallen. De jacht op olie mislukt. Bij Blaauboer eten wij ons brood op, tot ± 15.00. Gepraat over luchtvaart, zeevaart, politiek en oorlog en ieder voorzien van 80 pond tarwe tijgen we weer huiswaarts, d.w.z. Piet naar huis en ik naar kamer 209. De fiets + tarwe in de garage gezet. Manna brengt een bord hete soep en wat brood. Nog wat geluisterd en schrijfwerk gedaan. 21.45 naar bed, behoorlijk moe van de moeilijke fietstocht.


Vrijdag, 29 December 1944

Word om ± 1 uur vannacht gewekt door hele serie's ...– op de deur geroffeld. Krabbel slaperig overeind en vraag wat er “loos” is, laat dan Manna binnen; zij fluistert: “Er is beneden onraad, U moet direct naar de schuilplaats, ik zal nog even uitvissen, wat er precies aan de hand is”. Ik schiet snel wat kleren aan, bed rechtgetrokken, ontvanger met papieren in de koffer gestopt; klaar om naar de koude zolder te klimmen. Wacht nog even de terugkomst van Manna af. Zij komt weldra terug en vertelt, dat er bij de hoofdingang enige moffen zijn, die een gewonde zoeken, die vermoedelijk hier binnengevlucht zou zijn, na een schietpartij. Moffen nemen genoegen met de mededeling, dat niemand het ziekenhuis is binnengebracht of -gekomen, vertrekken daarna weer. Ben toen weer heerlijk in bed gekropen, met het veilige gevoel, dat Moeder Overste tijdig alarm laat maken. Voordat de Hunnen het “Slot” betreden, zitten Piet en ik met de radio-installatie al lang op de zolder verborgen. Om 06.30 weer opgestaan, geschoren met een slecht mesje, kamer opgeruimd en ontbeten. Manna vertelt, dat de Non-portierster vreemden nooit direct binnen laat; onder motief, dat ze de sleutel (die ze altijd bij zich draagt) gaat halen, maakt de non telefonisch alarm naar Moeder Overste. Deze wekt direct Manna, en Manna is dan spoedig aan het ...- tikken op onze deur. De rust is gelukkig weergekeerd. Wacht nu de komst van Piet af en ga dan boodschappen doen en de tarwe naar huis brengen. Er was weer eens een mensenjacht tussen Alkmaar en Heiloo, hetgeen mij noopte langs bospaadjes terug te keren. Om 3 pm. weer veilig in kamer 209 met Piet. Wij moeten op straat toch duivels goed oppassen. En binnenshuis ook, want wij ontdekken een Duitsche radioauto die langzaam rijdend het ziekenhuis passeert en kennelijk jacht maakt op onze zender! Gelukkig wordt er door ons niet uitgezonden anders zou dit wel eens mijn laatste aantekening kunnen zijn in dit dagboek. Wij handelen snel, alle toestellen zijn binnen enkele ogenblikken verdwenen, kamer 209 opgeruimd en per fiets achter de auto aan. Grijnzend trappen wij voort, de radioslee verdwijnt in de richting Dirkshorn! Als de RAF iets voor ons voelt is dit jullie laatste rit heren Hunnen. Direct na terugkomst stel ik een bericht samen omtrent het Duitsche peilstation onder Dirkshorn, kan het Hoofdkwartier niet bereiken en zal het bericht dus op eigen verantwoording verzenden. Breng het volgende telegram naar de C.O.:


H.Q. g 18 from Chief radio g 11 -

Radio Service threatened bij german radio bearing station stop position as follows moving from Dirkshorn in Southerly direction along road leading to Oudkarspel some 550 yards outside Dirkshorn boundary and 35 yards east of this road stop newly erected bearing station recognizable by two low red brick buildings black flat roofs on which ten circular direction finding aerials.

(Radiodienst bedreigd door Duits radiopeilstation stop Positie als volgt gaande van Dirkshorn in zuidelijke richting langs weg naar Oudkarspel ongeveer 500 m. buiten de grens van Dirkshorn en 32 m. ten oosten van deze weg stop Nieuw opgericht peilstation kenbaar aan twee lage rode stenen gebouwen zwarte platte daken waarop tien peilantennes.)

Nu maar afwachten, ga om 10 uur naar bed. Jan is naar huis gegaan.


Zaterdag, 30 December 1944

Sta om half zeven op en neem eerst een heet bad, Manna brengt om acht uur het ontbijt, echt hemelbrood. Zender en ontvanger van de zolder gehaald en opgesteld. Het plaatstroomapparaat staat in de linnenkamer, hoor daar echter enige nonnen spreken, moet dus even wachten. Om negen uur is het daar stil en ik sluip geruisloos de linnenkamer binnen. Wel geruisloos, maar niet onzichtbaar daarom! Was bezig het plaatstroomapparaat los te wurmen, toen ik gestoord werd: licht kuchen van een non, die vanaf een rustbed met verbaasde blikken naar mij lag te kijken! Hoewel mijn aanwezigheid op de linnenkamer nu geen geheim meer was, nam ik toch maar de benen, want het is beter, dat de nonnen niet weten, wat ik daar kwam zoeken. De non op het rustbed was en bleef sprakeloos, ik ook. Hoewel ik, het komische van de situatie aanvoelend, niet kon nalaten tegen de non te glimlachen, vertrok zij geen spiertje. Om 10 uur komt Piet de trappen op sluipen, hij kon ook niet ongestoord 209 bereiken. Ik had hem al horen debatteren met een dienstmeisje, dat hem vertelde, dat hij op de nonnenafdeling niet mocht komen. Piet begon te liegen, dat hij de lift moest nazien en vroeg glashard waar de ingang naar de lift was. Dienstmaagd overrompeld, begon hem uit te leggen, welke deur hij in moest gaan enz. Hij bereikte daarna ongestoord kamer 209. Om 10.20 verschijnt Manna met twee koffie, ik vertelde haar het drama met het plaatstroomapparaat, waarop zij prompt de linnenkamer binnen stapte en sjouwend met het zware ding terugkwam. Manna is onbetaalbaar. Heb toen spoedig verbinding met Army Head Quarters gemaakt en berichten betreffende het Duitsche peilstation bij Dirkshorn overgeseind. Om 14.00 uur sluiten wij de radiodienst om oud en nieuw thuis door te brengen. 's Avonds een boom langs de Kanaalweg omgezaagd en per handwagen naar huis gesjouwd.


Dinsdag, 2 Januari 1945

Om 10 uur in kamer 209 aangekomen, spullen van de zolder gesleept en radiodienst weer geopend. Had 31/12 en 1/1 rustig thuis doorgebracht; uit wat tarwemeel, olie en appelen heb ik thuis op de potkachel appelflappen gefabriceerd. Om 10.30 komt Manna met de koffie, en na wederzijdse nieuwjaarswensen vertelt zij dat wegens gebrek aan theesurrogaat, de thee 's middags en 's avonds zal moeten vervallen. Even later weer een V tikje op de deur en wij laten Moeder Overste binnen, die ons, met het oog op de volgens haar zeer gevaarlijke radiozenderij, persoonlijk haar beste wensen voor 1945 komt brengen, dat wij er heelhuids door mogen komen, enz. Daarna een geanimeerd praatje over de oorlog, wij geven haar de koppen van het nieuws en Moeder Overste lost weer op in het grote gebouw. Enige telegrammen van Army Head Quarters ontvangen en bij de code-officier bezorgd. Om 21.00 komt Manna toch nog met een kop thee, vermoedelijk de laatste. 21.30 naar bed.


Woensdag, 3 Januari 1945

Om 07.00 opgestaan, opgeruimd en ontbeten. Om 08.30 naar de code-officier om telegrammen uit te wisselen. 10.30 komt Piet binnen en vertelt dat de landwacht hem gisteravond wilde aanhouden, doch dat hij gelukkig per fiets in 't donker kon ontkomen. Hij reed het trottoir op, torpedeerde in zijn haast twee dames, maar kwam veilig thuis. Het wordt intussen steeds moeilijker om over straat te gaan. Het Hoofd Kwartier laat, na de overval op 23/12, weinig van zich horen, wij beschikken slechts over een langzaam schriftelijk contact met Hoofd Kwartier, zodat wij bijna altijd gevaarlijke paperassen bij ons hebben als wij naar de code-officier gaan. Om 14.30 brengt de Hr. Bakels een telegram binnen en vertelt tevens dat we vanaf morgen in de kou zullen zitten, de kolen geraken op! Nog enige correspondentie met Eindhoven, duik daarna om 21.30 mijn bed in, genietend van de laatste dag met verwarming.


Donderdag, 4 Januari 1945

Sta om 07.00 uur op, de centrale verwarming is inderdaad afgezet. Alles is erg koud, de betegelde muren, de granieten vloer, brr.

Manna brengt het ontbijt met een kop hete thee. Piet neemt de radiowacht en is al spoedig in verbinding met Eindhoven. Ik grasduin een beetje in de administratie, het is te koud om te schrijven, schei er maar gauw mee uit. Ga in de namiddag maar naar huis om morgen, de 66ste verjaardag van mijn vader, thuis te zijn. Ik blijf het weekend thuis, Piet neemt de dienst alleen waar.


Zondag, 7 Januari 1945

We hadden thuis pap uit de centrale keuken. Jos bakte er wat aardappels bij, hadden zodoende nog een dragelijk maal. Ik hoor bij mijn buren vertellen, dat er gister een radiostation bij Dirkshorn door Engelsche vliegers werd aangevallen. Duitsche radiopeilstation, waarover wij telegrafeerden (zie Vrijdag 29/12/44), grotendeels vernield. Duitschers waren bezig uit de puinhopen nog iets van hun radiotoestellen te bergen! Mijn eerste werk was om een berichtje te verzenden over de resultaten van de vliegeraanval op ons vijandelijk radiostation, met een bedankje voor de vlotte Service.


Bron: Regionaal Archief Alkmaar
dagboek J Verhagen.pdf