71) Westerweg 82

Barend Vlessing

* 17-05-1888 Texel

† 22-05-1944 Auschwitz - 56 jaar

Judith Vlessing-van der Kop

* 07-12-1899 Alkmaar

† 21-05-1944 Auschwitz - 44 jaar

Aaltje Vlessing

* 11-12-1925 Alkmaar

† 21-05-1944 Auschwitz - 18 jaar

Elias Vlessing

* 23-04-1927 Alkmaar - overlevende onderduik

Max Vlessing

* 02-07-1930 Alkmaar - overlevende onderduik

Barend en Judith Vlessing, met kinderen Aaltje, Elias en Max

Bron: herdenkingsstenenjoodsalkmaar.nl

Aaltje Vlessing, ongeveer 17 jaar.

Bron: herdenkingsstenenjoodsalkmaar.nl

Barend Vlessing en Judith van der Kop trouwen op 20 december 1922. Hij is handelaar in zakken en emballage, en zij is kantoorbediende. Judith is een dochter van Aaltje Kreveld-van der Kop, zie Verdronkenoord 23. Ze krijgen drie kinderen: Aaltje, Elias en Max.

In maart 1942 kreeg de familie Vlessing opdracht om van Alkmaar naar Amsterdam te gaan. Daar ging Elias tot juni 1942 naar de Joodse middelbare school. In augustus van dat jaar besloot het gezin onder te duiken. Elias en Max overleven. Elias is geholpen door de arts Cornelis Marinus Hoogenboom, Alkmaar Egmonderstraat 16, die hiervoor ook zelf heeft moeten onderduiken, en voor zijn hulp aan Elias door Yad Vashem is onderscheiden als Rechtvaardige onder de Volkeren. Elias heeft na de oorlog de Rijks-HBS in Alkmaar afgemaakt, is in Amsterdam medicijnen gaan studeren en later naar de VS gegaan als cardioloog. Max overlijdt op 8 juli 2003 Vancouver, Canada, 73 jaar.

Max en Aaltje gingen naar verschillende plaatsen, Elias bleef meestal bij zijn ouders, maar niet altijd. Van Aaltje is bekend dat zij in de Zijpe ondergedoken is geweest. Barend en Judith waren ondergedoken in Schoorl bij Pieter Raat en Maatje Raat-van der Welle. Zij zouden verraden zijn door de Joodse Ans van Dijk, een Nederlands collaborateur en de enige Nederlandse vrouw die ter dood werd veroordeeld en waarbij ook het doodvonnis werd voltrokken wegens haar verraad van Joodse onderduikers tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Elias was met vier anderen in de molen van de familie De Boer in Broek op Langedijk ondergedoken. In de nacht van 2 op 3 september 1944 viel de politie de molen binnen en vonden zij de voortvluchtigen. Maar de vijftienjarige Elias kon wegkomen, op blote voeten en bijna naakt, door velden en zwemmend door sloten, tot hij een afgelegen stal bereikte in Waarland. De volgende ochtend vond boer Klaas Smit, de eigenaar van de stal, Elias. Elias vertelde dat hij joods was en wat hem was overkomen. Hoewel de politie Klaas en zijn vrouw Christina kort daarvoor had ondervraagd over illegaal werk, vertelde zij dat Elias kon blijven en voedden en kleedden hem. De anderen die van zijn aanwezigheid wisten, waren de drie zonen en twee dochters van Klaas en Cristina, hun buren en hun schoonzoon. Elias verbleef tot begin mei 1945 bij de familie Smit en werkte met hen op de boerderij. Na de bevrijding ging Elias bij een oom wonen in Alkmaar.

Op 9 februari 1993 erkende Yad Vashem Klaas Smit en zijn vrouw, Christina Smit-Zoon, als Rechtvaardigen onder de Volkeren.

Barend, Judith en Aaltje komen op 18 april 1944 in Westerbork, strafbarak 67, en gaan op 19 mei 1944 op straftransport naar Auschwitz.

De familie Vlessing had enige tijd een Duits-Joodse vluchtelinge in huis: Franziska Hilde Bodenheimer, 27-09-1927, Neuwied (D), die op 18 juli 1940 naar Haarlem vertrok. Een zusje van Franziska, Edith Sara, 30 januari 1933, was in huis bij de familie van Salomon van der Kop aan de Westerweg 146. Of de zusjes het overleefd hebben is niet bekend.

Herdenkingsstenen voor Barend Vlessing, Judith Vlessing-van der Kop en Aaltje Vlessing, Westerweg 82, Alkmaar

Bron: Stichting Herdenkingsstenen Joods Alkmaar