De Douglas Boston Mk III AL741 van het 15th BSqn / 27th BGp USAAF, vertrekt om 07.14 van Swanton Morley Airfield in Norfolk met als doel Flugplatz Bergen.

Het wordt na het gooien van zijn bommen geraakt door Flak, explodeerde in de lucht en kwam om 08.03 neer in een weiland aan De Voert/Bergen.

De vier bemanningsleden komen om het leven.

Pilot: 2/Lt. William G. Lynn USAAF, Margraten

Observer: 2/Lt. Boyd Sutcliff Grant USAAF, USA

Wireless Op./AG: Cpl. Charles P. Kramarewicz USAAF, Margraten

Air Gunner: S/Sgt. William Ennis Murphy USAAF, USA

Op 4 juli 1942 stuurde RAF Bomber Command 12 Boston Mk III om bij een daglichtaanval vier Duitse Luftwaffe-vliegvelden in Nederland te bombarderen: De Koog, Bergen, Haamstede en Valkenburg.

De helft van deze bommenwerpers werd toegewezen aan het nieuw in Europa aangekomen US 15th Bomb Squadron en bemand door Amerikaanse bemanningen. Dit zou de eerste operatie zijn van wat de machtige Achtste Luchtmacht van USAAF zou worden, en het eerste Amerikaanse bombardement in het European Theatre of Operations (ETO).

De Amerikaanse opperbevelhebber Dwight D. Eisenhower, was op Swanton Morley Airfield aanwezig om de Amerikanen uit te zwaaien. Eisenhower moest bij terugkomst concluderen dat het resultaat tegenviel en de kosten in mensenlevens hoog was, iets dat de Engelsen al geruime tijd wisten. Van de 12 toestellen keerden er drie niet van de missie terug, waaronder de AL741. De anderen wisten de vliegvelden nagenoeg niet te raken door hevig luchtafweer of ze waren vergeten de bommenluiken te ontgrendelen. Alleen de Flugplatzen Haamstede en Bergen werden aanzienlijk geraakt.

Bij Flugplatz Bergen was er resultaat tegen hoge prijs. De Boston van 2/Lt. W.G. Lynn werd na het gooien van zijn bommen geraakt door luchtafweergeschut, het vliegtuig explodeerde in de lucht en kwam neer in een weiland aan de Voert. Alle vier inzittenden waren op slag dood. Tijdens deze aanval van de Bostons probeerden twee Duitse toestellen op te stijgen van Bergen, één van de piloten, Unteroffizier Erwin Grütz in zijn Messerschmitt Bf 109F-4, werd geraakt door bomscherven of door een van de Bostons en knalde tegen een betonnen wand op de Flugplatz. Het andere Duitse toestel, van Unteroffizier Johannes Rathenow, lukte het wel om op te stijgen en vloog achter de Boston van C.M. Henning aan. Het kostte Rathenow 20 minuten om binnen schootsafstand van de Boston te komen. De Boston van Henning stortte neer in de Noordzee 20 km westelijk van Callantsoog. Geen van de bemanningsleden is teruggevonden.

De Boston, van Kapitein Kegelman, vloog onder hevig Flak aan op Flugplatz de Kooy. De rechter motor van zijn Boston werd geraakt, vatte vlam en de propeller werd eraf geschoten. De rechter vleugeltip en de romp van het vliegtuig raakte de grond waardoor er een gat in de romp ontstond. Op één motor wist Kegelman zijn toestel in de lucht te houden en het op koers te zetten naar Engeland. Boven de Noordzee lukte het om het vuur in de rechter motor te doven. Vliegend op zeer lage hoogte, raakte het nog een paar keer de golven van de Noordzee, maar het lukte de bemanning om Engeland te bereiken.