24 November 1942

Vickers Wellington Mk IV Z1495

Bergen

De Vickers Wellington Mk IV Z1495 van 300 Squadron RAF vertrekt om 11.46 van Ingham airfield in Lincolnshire met als doel Essen. Het toestel komt om 13.28 neer op de “Vinkenkrocht” aan de Breelaan in Bergen, nadat het door Flak units II Zug 3. Lei. Abt./764 and I-IV Zug 3. Lei. Abt/845 is getroffen.

Van de Poolse bemanning komt de Air gunner Czeslaw Gebaczka om het leven en worden de vier anderen krijgsgevangen genomen. Van hen gaat Sgt. Joseph Skonieczny zienderogen achteruit en moet naar het ziekenhuis in Stadtroda (Thüringen), waar hij op 6 februari 1943 sterft. Op het Berlin 1939-1945 War Cemetery vindt hij zijn laatste rustplaats.


Pilot: Sgt. W. Kazimierczak PAF, krijgsgevangen

Observer: F/O. J. Gerstel PAF, krijgsgevangen

Wireless Op./AG: Sgt. Joseph Skonieczny PAF, krijgsgevangen

Air gunner: Sgt. S. Ablamowicz PAF, krijgsgevangen

Air gunner: Sgt. Czeslaw Gebaczka PAF, Bergen

No. 300 squadron's badge; de drie letters C geven in het Romeins 300 aan

Bron: polishsquadronsremembered.com

In Engeland maken op vliegveld RAF Ingham te Lincolnshire drie Wellingtons zich gereed voor een aanvalsvlucht naar vliegveld Bergen. Twee van de Wellingtons breken kort na het opstijgen hun missie af, er is onvoldoende "wolkendekking" ('too thin and breaking'). Maar het derde toestel, de Wellington Mk. IV Z1495, van het 300 (Polish) Squadron, vliegt door en laagvliegend (een Duits verslag spreekt van lager dan 50 meter) nadert de bommenwerper.

Om 13.23 uur passeert de Z1495 Bergen aan Zee en zet koers naar het vliegveld waar de opgestelde luchtafweer onmiddellijk het vuur opent. De bemanning van het toestel werpt zijn brisantbommen af, zij het dat ze allemaal buiten het vliegveld terechtkomen. Het toestel wordt wel geraakt en de piloot ziet geen kans om het toestel onder controle te krijgen. De machine glijdt langzaam weg in noordelijke richting, verliest hoogte en boven het Bergerbos is er geen houden meer aan. Het raakt de boomtoppen en even later gaat de kist onder groot geraas neer in een weiland, onder de Bergenaren bekend als de "Vinkenkrocht" aan de Breelaan. Op het weiland, aan de bosrand staan veel gecamoufleerde voormalige Nederlandse barakken, die nu in gebruik zijn bij de Duitsers. Het vliegtuig ploft neer precies tussen twee barakken en onmiddellijk ontstaat een grote brand.

Het ongelooflijke gebeurt: vier van de vijf bemanningsleden komen al kruipende uit het wrak te voorschijn. Drie blijken lichtgewond, de vierde is er erger aan toe.

Uiteraard is vanaf het vliegveld het gehele gebeuren gevolgd. De Duitse brandweer, aanwezig op het vliegveld, rukte onmiddellijk uit onder commando van Brandmeister Flasch, en is binnen korte tijd aanwezig bij het fel brandende vliegtuig en de barakken. Ook de brandweerkorpsen uit Bergen en Alkmaar melden zich op de onheilsplek.

Omdat er nog een bemanningslid moet zijn gaat de Duitse brandweer in het wrak op zoek. Hij vindt slechts een verschrompeld pakketje knopen en ritssluitingen. De staartschutter van de Wellington, sergeant Czeslaw Gebaczka heeft het, in tegenstelling tot zijn collega’s, niet gered.

Geboren 14-07-1914 te Bukowiec Gorny, Leszno te Polen. Een jaar vóór zijn opkomst als dienstplichtige, bood hij zich aan voor vrijwillige militaire dienst, omdat vrijwilligers zelf hun krijgsmachtonderdeel konden kiezen. Czeslaw wilde piloot worden. Hij diende zijn militaire diensttijd in het 3e luchtvaartregiment in Ławica in Poznań. Hij zou graag permanent als vlieger bij de luchtmacht willen blijven, maar vanwege de spataderen die hij tijdens het harde werken in de smederij van zijn vader had gekregen, kon hij niet veel vliegen. Na zijn ontslag uit de luchtmacht, bleef hij werken in Poznań. Tijdens de mobilisatie moest Czeslaw opnieuw in dienst.


Bron: stiwotforum.nl

Sgt. Czeslaw Gebaczka tijdens zijn vliegopleiding

Bron: stiwotforum.nl

De ravage die de neergestorte Wellington veroorzaakte in het barakkenkamp

Foto’s: beeldbankbergen.nl

Uit het boek "Berlin na bojowym" door Andrzej R. Janczak, pag. 66-68

Op 25 november kregen de bemanningen van No.300 Squadron de opdracht om Essen te bombarderen, een daglicht-operatie onder slechte weersomstandigheden.

Terwijl de Poolse bemanning van de Vickers Wellington Z1495 op weg naar het doel over Nederland vloog, huiverde plotseling hun toestel, het is geraakt door luchtafweer. De wolken waren te hoog om dekking te bieden, dus besloot de vlieger net boven de bomen te gaan vliegen.

"Luchtafweergeschut aan stuurboord" - schreeuwde de achterste schutter. "En vanuit de haven" - voegde hij er bijna op hetzelfde moment aan toe. Net toen de vlieger zich voorbereidde om de bommen af ​​te werpen, voelde hij plotseling dat zijn rechterbeen gevoelloos werd. Hij wist meteen dat hij gewond was geraakt. Hij opende de bomluiken, maar toen hij zag dat er beneden een Nederlands dorp was, liet hij de bommen op een leeg veld verderop vallen en keerde hij het toestel, op weg naar huis. "Stuurboord motor in brand" - meldde de radio-operator, waarop de vlieger meteen de brandblusser aanzette.

De Wellington was een makkelijk doelwit voor de Duitse luchtafweer, de vlieger kon het toestel niet onder controle houden met slechts één been voor de roerpedalen. “Bakboord motor in brand” - schreeuwde een stem in de intercom. "Vuur in de romp" - voegde seconden later dezelfde stem toe. De vlieger zag verderop een klein veld (*) en enkele bomen. Hij probeerde er overheen te komen, maar .... een verschrikkelijk geluid. Toen hij zijn ogen opende, realiseerde hij zich dat het neusgedeelte van de Wellington moest zijn afgescheurd toen hij, op zijn vliegerstoel, in de open lucht zat.

Hij draaide zich om, zag dat zijn toestel in brand stond, en probeerde op te staan. Zijn rechterbeen, vreselijk gewond, zat nauwelijks vast aan de rest van zijn lichaam. Hij probeerde weg te komen van het brandende wrak toen twee Duitse soldaten hun geweren op hem richtten. Hij vroeg om hulp, waarna ze hem bij de armen weg sleepten achter een van de lange houten barakken. Even daarna explodeerden de brandstoftanks van het toestel. Hij verloor het bewustzijn en toen hij weer bijkwam, was hij in een ambulance.

De navigator, de bommenrichter en de radio-operator lagen naast hem. De achterste schutter, korporaal Czeslaw Gebaczka, moet in de vlammen zijn gestorven. “Hoeveel mensen waren er aan boord?” vroeg de Duitse soldaat die de deur van de ambulance opende. "Vijf" - antwoordde de piloot. "Dan is één van jullie dood" - de Duitser bevestigde hun ergste verwachtingen.

(*) Het bleek dat de vlieger, Sergeant Kazimierczak, zijn Wellington in Bergen landde in het midden van een Duits militair kamp, ​​tussen slim gecamoufleerde barakken.

De zoon van Adriaan Doffer, aan de Achterweg 15 te Bergen, de negenjarige Wilhelmus Jacobus Cornelis (Wimpie) Doffer overlijdt op de dag van de crash onder verdachte omstandigheden. In de loop van de middag wordt de jongen misselijk. In de avond verslechterde zijn toestand en zijn ouders waarschuwen dokter Poot die snel komt. De arts kan maar weinig doen en als hij overweegt de jongen naar het ziekenhuis te laten overbrengen sterft het kereltje onder zijn handen. In Bergen gonst het direct van de geruchten. Zou de jongen, die bij het vliegtuigwrak was wezen kijken, "pillen" hebben gevonden en deze hebben ingenomen? Het bleken later tabletten om zeewater drinkbaar te maken.


Bron: stiwotforum.nl