Bommen op Alkmaar

In de nacht van 15 op 16 januari 1942 zijn vijf Blenheims, (bommenwerper, dag- en nachtjager) en vier Vickers Wellington, (bommenwerper), het Nederlandse luchtruim binnengedrongen om Nederlandse vliegvelden aan te vallen. Eén van de Vickers Wellington had opdracht om onder meer de baanverlichting van vliegveld Bergen te bombarderen. De bommen van dit vliegtuig zijn niet op het vliegveld gevallen, maar op Alkmaar. Dit vliegtuig van Bomber Command heeft met zijn bommen, naast het Noord-Hollands Kanaal, het Zeglis en de Oudegracht getroffen. *

* Hemelsbreed lag het vliegveld zo’n vier kilometer van de plaats waar de bommen vielen. In de beginjaren van de oorlog stond de navigatie en het gebruik van richtmiddelen nog in de kinderschoenen. De RAF had in 1941 een onderzoek gedaan waaruit bleek dat slechts 20% van afgeworpen bommen binnen een straal van 8 km van het doel neerkwam, de anderen erbuiten. 

Om 21.25 komt er bij de politie een eerste melding binnen van de Luchtbeschermingsdienst van Alkmaar dat er een vliegtuigbom, was gevallen “vermoedelijk in de omtrek van de Schermerweg, alhier”. Kort hierop wordt er melding gemaakt van een bominslag aan de Oudegracht. De woning van de familie Belogne, Oudegracht 178, is totaal vernield. 

Het duurde enige tijd voordat mw. Belogne kon worden gered. Haar voeten waren verbrijzeld, zodat zij de rest van haar leven moeite had met lopen. Twee andere panden raken minder ernstig beschadigd. Dit zijn de modevakschool op nr. 176 en een voormalige meisjesschool op nr. 168 (in gebruik als distributiekantoor).

Aan het Zeglis worden de woningen nrs. 4, 12 en 16 getroffen. Naast gewonden vallen er zes dodelijke slachtoffers. Het gaat om de volgende personen:

Zeglis 4: Rolina Everdina Brink-Kaal en haar zoontje Jopie

Rolina Everdina Kaal  is geboren op 16 augustus 1916 in Bergen (NH) en trouwt op 14 januari 1937 met de dan drieëntwintigjarige handelaar in brandstoffen Johannes Brink. Na hun huwelijk gaan Rolina en Johannes wonen aan de 2e Landdwarsstraat. Een paar maanden later verhuizen ze naar het Zeglis 4. Op 25 oktober 1938 wordt hun zoontje Johannes Zogarret (Jopie) geboren. Rolina is vijfentwintig jaar als ze op die vijftiende januari omkomt. Jopie is dan drie jaar.

Jopie met zijn nichtje Gerda Middelveld       

Zeglis 12: Jacobus Pool

Jacobus Pool, 17-11-1898 Alkmaar, scheepsklinker, trouwt op 09-04-1925 in Alkmaar, met Hendrika van Wijk. Jacobus en Hendrika gaan in Alkmaar aan het Jaagpad wonen, daarna de 1e Kabelstraat. In 1928 wordt een zoon geboren, vier jaar later een dochter. Ze verhuizen in 1941 naar het Zeglis, de eerdere woning van de moeder van Jacobus, de weduwe Pool, die daar tot haar dood in 1941 woonde. De woning was, met nog drie andere woningen, via een steegje bereikbaar.

Zeglis 16: Het gezin Koeman

Jan Koeman, 13-05-1881 Alkmaar, timmerman, trouwt op 22-02-1905 met Antje Schotvanger, 18-07-1878 Zijpe. Jan en Antje gaan aan het Zeglis wonen en krijgen twee kinderen: Barend Johan Adriaan, 1906, en Adriana Louisa, 1908. Barend vertrekt in 1928 naar de marine in Den Helder. November 1933 gaat hij weer bij zijn ouders in Alkmaar wonen. Daar woont hij, als in 1942 een verdwaalde bom een eind maakt aan zijn leven en dat van zijn ouders Jan en Antje.


Enkele dagen na het voorval, schrijft een lid van de Luchtbeschermingsdienst Alkmaar, een brief aan zijn moeder (tekst letterlijk overgenomen).

Alkmaar, 19 januari 1942

Lieve mammie,

Daar ben ik dan eindelijk eens met een brief. U zult ondertussen wel vernomen hebben, dat er in Alkmaar gebombardeerd is. We zijn er gelukkig goed afgekomen. 't Was 's avonds half tien, ik kwam net van Timmer uit de St. Annastraat, toen er luchtalarm geblazen werd. Doordat ik dicht bij de Waagtoren liep, was ik als eerste present, waardoor ik meteen een van de hoofdlijnen der telefoon kreeg toegewezen. Ik zat nog niet, of we kregen de eerste berichten binnen, van hetgeen getroffen was. U begrijpt, dat gaf een drukte van belang. Er waren 3 huizen aan de Oudegracht (het huis van Mw. Belonje, een modevakschool, en de oude meisjesschool, waar nu een distributielokaal gevestigd is) getroffen, benevens 2 huizen aan het Zeglis. Maar nu was het mooiste, het waren net de huizen links en rechts naast Jan Veer, m'n vriend, of die er ook net goed afgekomen zijn. Maar dat wist ik natuurlijk vooruit niet, en ik zat dan ook lang niet lekker, omdat ik van den commandant opdrag kreeg dat alle EHBO-ers en opruimingsploegen naar Wasscherij Veer** moesten, ik was dan ook vast in de veronderstelling dat zij getroffen waren. 

Daar 4 van de 6 telefoons later door de vorst onklaar werden, waarvoor ordonnansen in de plaats moesten komen, kwamen de berichten steeds langzaam binnen. Niettemin functioneerde alles goed. En reeds 10 minuten na de bominslag waren de leden van de Geneeskundige Dienst op alle plaatsen. Zo had ik tot 11 uur dienst op de Waagtoren. Daarna ben ik naar de familie Veer op het Zeglis gegaan. Zoals gezegd, waren ze er wonderlijk goed afgekomen, hoewel er in huis veel gebroken was. De hele serre was weggeslagen, alle ramen kapot geen pan meer op het dak etc. etc. Maar ze hadden hun leven behouden, en dat is in zulke ogenblikken de hoofdzaak. Daar door de ijzige koude de opruimingsploeg om het uur afgelost moest worden, kwam ik daarbij. Dat is iets, wat je nooit vergeet. ´t Was donker. Zo donker dat je geen hand voor de ogen kon zien, zodat alles bij het licht van de schijnwerpers der brandweer, en zaklantaarns moest gebeuren. Hoewel het langzaam ging, borgen we toch tussen 12 uur en half één, 2 mensen, een kind van ± 10 jaar, en een vrouw, waarvan alleen de romp het hoofd, de ledematen zijn tot op vandaag nog zoek. Dat het kind gevonden werd, ging ik zowat van m´n stokje. Totaal verbrijzeld. Al met al kostte het grapje 9 doden. 7 direct door het bombardement en 2 van de schrik, hartverlamming. U ziet Alkmaar heeft zijn eerste offers gebracht. Dat ik Donderdagnacht thuis kwam om 1 uur, heb ik U maar meteen een briefkaartje geschreven, dan kon U tenminste niet ongerust zijn, als U het in A´dam mocht horen vertellen. Dus dat was het bombardement.

** Wasscherij Veer in de brief is wasserij “De Hoop”. Deze bestond al in 1909, toen oma Hester Veer – van der Zande voor lokale notabelen zoals notaris, pastoor maar ook particulieren, ging wassen. Rond de eeuwwisseling werd dat heel veel door thuis wassende oma's gedaan. De wasserij floreerde en er werd geïnvesteerd in machines. In de oorlogsjaren was het bedrijf aan het Zeglis door de Duitsers gevorderd, omdat de wasserij met stoommachines werkte die op kolen werden gestookt. Veel wasserijen die op elektriciteit waren aangewezen, vielen door storing regelmatig uit. Bovendien lag het Zeglis gunstig voor de aan- en afvoer van de was met boten. Het bedrijf bleef in Alkmaar tot 1947 bestaan. In 1946 fuseerde De Hoop met wasserij De Lelie in Bergen, waar het zich vestigde.

Monument aan het Zeglis


Om de zes slachtoffers van het Zeglis te herinneren, is een gedenkteken in het plantsoentje bij de Boompoortsbrug, tussen Voormeer en Zeglis, geplaatst. Twee banken met een bijzondere vorm; een inscriptie herinnert aan het drama en de slachtoffers. 

Een jaar en twee maanden later, 5/6 maart 1943, ging het bijna opnieuw mis boven Alkmaar. Een Vickers Wellington gooide staafbrandbommen af bestemd voor vliegveld Bergen. Maar het grootste deel van de lading kwam neer in de toenmalige weilanden ten noorden van de Jan van Scorelkade en een aantal afzwaaiers aan de Kruseman van Eltenweg, Bergerhof, Stationstraat, Spoorstraat en Snaarmanslaan.
De Wellington was er een uit een groep van 442 bommenwerpers die werd uitgezonden naar Essen (D).  Een Wellington van Bomber Group 3 claimt een aanval te hebben uitgevoerd op vliegveld Alkmaar (Bergen). Het toestel was geladen met 810 x 4 lbs staafbrandbommen.

De beschieting op 21 februari 1945 aan het einde van de Nieuwe Schermerweg bij de Omval kostte negen mensenlevens toen een bestelauto van de firma Enschede uit Haarlem vanuit de lucht werd beschoten. De wagen vervoerde kinderen uit Haarlem in de leeftijd van 6 tot 13 jaar die tijdelijk in De Rijp zouden worden ondergebracht om aan te sterken. Zeven kinderen , de begeleidster en de chauffeur van de bestelauto vonden de dood.


Bron: Regionaal Archief Alkmaar ; genealogievanolga.blogspot  Mw. Bijwaard , Mw. Bakker-Middelveld ; Hans Nauta