Voedseldroppingen op vliegveld Bergen 2, 3, 5, 6 en 7 mei 1945

Het is april 1945 en de oorlog loopt op zijn einde. Het zuiden van Nederland is al bevrijd, maar westelijk Nederland nog bezet. Het leven daar in de steden is verschrikkelijk, want het is koud en er is een enorm tekort aan brandstof en voedsel. In de hongerwinter zijn dan al zo'n 17.000 mensen overleden door honger en kou. Er moet snel hulp komen.

Via zeetransporten werd buitenlandse hulp geboden door onder andere Zweeds meel aan bakkerijen te verstrekken voor het bakken van het Zweeds wittebrood. De distributie verliep echter moeizaam.

De geallieerden wensten daarom droppings met vliegtuigen (operatie Manna = Engels, operatie Chowhound = Amerikaans) en aanvoer van voedsel met Canadese vrachtwagens (operatie Faust).

Om een en ander te realiseren leidde dit eerst tot uitvoerige besprekingen tussen de geallieerden en de Duitsers. Er werd tussen hen afgesproken dat er een ontmoeting zou komen vlak bij de frontlijn achter Amersfoort; het dorpje Achterveld. Er werd op 28 april 1945 niet alleen afgesproken dat er voedseltransporten zouden plaatsvinden, maar ook werden er regelingen getroffen voor het openstellen van het gehele luchtruim boven Nederland plus het vrijmaken van de Nieuwe Waterweg en de waterweg via Dordrecht en dat vanuit het dan geneutraliseerde Rhenen per dag 1.000 ton levensmiddelen over de weg aangevoerd zou worden.

Seyss-Inquart wilde afzien van vernielingen, executies en inundaties in West-Nederland en voedseldroppings en -transporten toestaan, mits de geallieerden de Randstad niet zouden aanvallen. De geallieerden wilden daar zeker aan voldoen, omdat zij aldoor al bezwaren hadden gehad tegen een militaire verovering van de Randstad vanwege de burgerdoden die dat zou kosten.

Operatie FAUST startte op 2 mei 1945 in het neutraal verklaarde De Nude en ging dwars door het nog bezette Rhenen. Het was een enorm transport en distributie van levensmiddelen voor de hongerende bevolking in het westen van Nederland. Deze operatie was vrijwel tegelijkertijd met de luchtoperaties Manna en Chowhound. Met 350 Britse en Canadese vrachtwagens ging het vanaf voedselopslagplaatsen in Oss en Den Bosch naar de overslagplaatsen bij De Nude bij de Grebbesluis. Met 200 nieuwe door het Canadese leger ter beschikking gestelde trucks werden de levensmiddelen naar het nog bezette westelijke deel van Nederland gebracht.

Voedseldroppingen op vliegveld Bergen, operatie Chowhound

Eén van de plaatsen waar door Amerikaanse bommenwerpers voedsel werd gedropt, was het vliegveld Bergen. Op 3, 5 en 6 mei 1945 kwamen daar, op een hoogte tussen 120 en 150 meter, resp. 20, 21 en 18 vliegtuigen van de 100th Bombardment Group (BG) over.

Naast de 100th BG hebben ook de 390th BG, op 7 mei met 10 vliegtuigen, de 452th BG, op 2 mei met 13 vliegtuigen en de 490th BG, ook op 2 mei, met 7 vliegtuigen droppingen verricht. Totaal is er 161,1 ton gedropt. Onder een foto van overvliegende Amerikaanse B17 bommenwerpers na de dropping van 3 mei. Bijgevoegd de verslagen van de drie voedseldroppingen van 3, 5 en 6 mei, van de 100th Bombardment Group.

Mission Target: ALKMAAR, AF, B & C SQDNS- CHOWHOUND

DATE: 1945-05-03 RESULT:

CREW LOST: AIRCRAFT LOST:

MISSION: CLS:

Formatie Chowhound Missie van 3 mei

Mission Target: ALKMAAR, AF, HILVERSUM, BAARN, CHOWHOUND

DATE: 1945-05-05 RESULT:

CREW LOST: AIRCRAFT LOST:

MISSION: CLS:


De bemanning van George Sharpe na de missie van 5 Mei.

Mission Target: ALKMAAR, AF, A & B SQDNS-CHOWHOUND

DATE: 1945-05-06 RESULT:

CREW LOST: AIRCRAFT LOST:

MISSION: CLS:


Chowhound Mission 351st Aircraft op 6 mei.

Verslag van Henry Cervantes van de 100th Bomb Group


"The agreement with the German area commander required that we stay under 500-feet, remain within strictly mandated corridors, and not carry gunners aboard our B-17s. No one felt any better when our pre-mission briefer added, "Anyone fired upon will receive credit for a combat mission." The modified bomb bays were loaded with boxes of ten-in-one rations and on May 3rd we flew our first mission. We went in at wave-top level, hopped over the dykes, and skimmed by telephone poles in an effort to stay as low as possible. German flaks batteries where everywhere and we kept a wary eye at the gunners who squinted at us like duck hunters waiting for the season to open.

Early May is tulip time in Holland and despite the ugly scars of war, carpets of blazing colors dotted the countryside. Joyful women and children were everywhere. Some waved American and Dutch flags at us while others pointed to messages in open fields that read, "Thank You Boys," and the like.

Near Amsterdam we "bombed" an open field centered with a white cross that appeared to be fashioned from bed sheets. Below us, it was a free-for-all as civilians with German soldiers among them could be seen scrambling for boxes as even more of the 50-pound missiles showered down. On May 5th, we repeated our performance over Bergen and were again treated to the heartwarming sight of mothers hugging their children as they pointed to the big grins on our faces."

Although, I flew 26 combat missions over Germany, among all of my wartime experiences those three missions are among my most treasured memories."

Henry Cervantes, Lt. Colonel USAF (Retired).


Bron: operationmanna.secondworldwar